Nu we weer even niet meer naar feestjes kunnen en heerlijk de tijd aan onszelf hebben, heb ik weer een tip voor jullie: een lijstje met podcasts over Griekse mythen.
De Sisypusmythe is waarschijnlijk het meest van toepassing op deze tijd...
Nu we weer even niet meer naar feestjes kunnen en heerlijk de tijd aan onszelf hebben, heb ik weer een tip voor jullie: een lijstje met podcasts over Griekse mythen.
De Sisypusmythe is waarschijnlijk het meest van toepassing op deze tijd...
Judith Nijland is classica en jazz-zangeres. In haar laatste album heeft ze deze twee liefdes gekoppeld en een jazzalbum met liederen in het Latijn gemaakt. En het klinkt MOOI! Waarschijnlijk door haar prachtig warme altstem en haar uitspraak van het Latijn, die zeer zwoel en mediterraans klinkt.
Bijzonder hoor, bijvoorbeeld dat 'duizend kussen' gedicht van Catullus:
Beluister hier het hele album.
Soms zit je tijdens een pandemie gewoon te slapen. Dan denk je dat na de deltavariant logischerwijs de epsilonvariant komt. Maar dan blijkt opeens dat we inmiddels al veel verder in het coronavariantenalfabet zijn. Niets van gemerkt!
In eerste instantie dacht ik dat ik na al die tijd - het is immers al vrij lange tijd geleden dat ik voor de klas stond - de volgorde van het Griekse alfabet enigszins vergeten was, maar na een korte rondgang op Twitter kwam ik erachter dat er al meer varianten van het virus rondgegaan zijn waar we hier gelukkig niets van gemerkt hebben. De laatste variant vóór deze was de mu.
Maar dan hadden we nu de nuvariant moeten hebben! Nee hoor, de nu hebben ze overgeslagen. Waarom? Omdat die in het Engels te veel als 'new' klinkt. En dan zou men het de hele tijd over de 'new variant' hebben gehad, in plaats van de nuvariant. Een beetje raar, maar okay. Wat is er op de xi aan te merken? Ja, stom natuurlijk, je kunt een virusvariant niet naar de Chinese president noemen. Dat zou wel eens helemaal verkeerd kunnen vallen.
De omikronvariant dus.
Ik ben benieuwd wat dit betekent voor het onderwijs in het Griekse alfabet. En of we het voortaan bijvoorbeeld over Eres in plaats van Xerxes gaan hebben. Of over de schrijver Eofo in plaats van Xeonfon. De tijd zal het leren.
Niet dat er regelmatig berichten zijn over corona-uitbraken bij yogascholen, maar toch moet er sinds een paar weken ook bij onze yogales op QR-codes gecontroleerd worden. We beginnen daardoor standaard 5 minuten later, want het heeft nogal wat voeten in de aarde, dat scannen van die codes. Niet iedereen heeft dit felbegeerde doolhofje namelijk op de telefoon en de smartphone van de yogajuf is niet in staat de papieren codes te lezen.
'Nou ja, vooruit maar', klinkt het dan ook meestal na zo'n mislukte poging, 'zo'n vaart zal het niet lopen met die controles. Maar probeer de volgende keer toch maar een code op je telefoon te hebben, want áls ik een boete krijg, dan moet ik twee jaar voor niets werken'. En dat willen we haar natuurlijk niet aandoen; bij de yoga zijn we namelijk altijd lief voor elkaar.
Van stilte tijdens de les is sindsdien echter geen sprake meer; om het kwartier gaat er wel een telefoon af. De vliegtuigmodus op je telefoon vinden is toch altijd nog moeilijker dan in de hondhouding staan.
Besmettingen zijn er evenwel nog niet gemeld. Dat hebben we toch maar mooi voor elkaar gekregen. De ruis (nou ja ruis) nemen we voor lief.
Het gebeurt niet elke dag dat je neef een boek schrijft, dus natuurlijk ging ik naar zijn boekpresentatie. Gelukkig was hij er zelf ook, want hij vliegt nogal eens ergens heen to put it mildly. En laat dat reizen nou eens net het onderwerp van zijn boek zijn. Op de eerste plaats het reizen zelf (wat brengt dat je, en is dat niet enorm risicovol, naar al die gevaarlijke landen waar zijn voorkeur naar uit lijkt te gaan?), maar ook en vooral de avonturen die hij tijdens dat reizen beleefd heeft. 16 hoofdstukken vol met de meest romantische en bizarre verhalen uit de meest exotische landen, allemaal zelf beleefd.
Hoe dat reisvirus in hem gevaren is? Zelf zegt hij altijd dat dat hem bijna letterlijk met de paplepel ingegoten is. Vanaf zijn geboorte werd hij namelijk al door zijn ouders (ook al van die reislustigen) overal mee naar toe gesleept. Vaak werden zijn zus en hij wat langer van school gehouden en moesten ze als tegenprestatie een dagboek bijhouden van wat ze gezien en beleefd hadden. Kleine Boris wist daar toen al veel van te maken en thuis streepte hij alle landen af waar hij geweest was. Eigenlijk niets veranderd dus.
In de tussentijd heeft hij wel een keurig burgermansbestaan geleid: gestudeerd (politicologie) en daarvoor na een ICT-opleiding vier jaar op kantoor gewerkt. Maar dat was echt de max. Slaafs van negen tot vijf op kantoor zitten terwijl je ook de wereld rond kunt reizen? Voor een romantische avonturier is dat toch echt te beklemmend. Dus maakte hij van zijn studentenbijbaan bij de KLM zijn beroep.
Minder verdienen, maar wel veel meer beleven. Een uitstekende levensfilosofie lijkt me. Die had van mij kunnen zijn, ware het niet dat zijn leven mij wellicht toch iets té extreem zou zijn. Altijd op weg, is het niet met de KLM, dan wel in vliegtuig, trein, woestijn, oerwoud of boot om zijn uiteindelijk ultieme levensdoel te halen: het zien van alle, maar dan ook letterlijk alle landen van de wereld. Enkele jaren geleden heeft hij dat doel ook bereikt, als een van de weinige aardbolbewoners. Nou, dan is je leven wel klaar, zou je denken. Maar dan ken je Boris nog niet. Want tja, Afghanistan bijvoorbeeld, daar was hij weliswaar als kind al geweest, maar als volwassene was hij daar nog nooit naar toe teruggekeerd, terwijl het toch zo'n ontzettend mooi en boeiend land is met weliswaar door oorlog getekende, maar van huis uit uitermate gastvrije bevolking.
Het was een van de redenen waarom hij een tijdje lang niet naar de Verenigde Staten van Amerika kon reizen. Te veel visa van moslimlanden in z'n paspoort. Heel verdacht natuurlijk. En vooral dat visum van Iran, een van de aartsvijanden van de VS. Wat heb je daar nou te zoeken als westerling? Eh, natuurschoon en prachtige oude steden misschien?
Een van de hoofdstukken in het boek gaat trouwens over dat mooie, maar ook onvoorspelbare Perzië. Ik had de eer dat als een van de eersten te mogen lezen. Mijn man, die afkomstig is uit Iran, uiteraard ook. Of het goed genoeg was om naar een uitgever te sturen? Nou, me dunkt! Het avontuur was adembenemend spannend en exotisch tegelijk.
En nu ik de rest van de hoofdstukken gelezen verslonden heb, ben ik alleen maar enthousiaster geworden. Want het zijn niet alleen de bijzondere avonturen, maar het is ook zijn schrijftalent (mag je dat van je eigen familie zeggen?) dat het boek tot een genot om te lezen maakt. Je wordt het boek echt ingezogen, je loopt daar op die markt, je klimt in gedachten samen met Boris die berg in Tibet op, je speelt dat potje voetbal met die inheemse bevolking in Afrika mee, je wordt verliefd op die dame, je vervloekt die douanebeambte omdat hij weer een slaatje uit die reiziger wil slaan,
Kortom, ik geloof graag dat de uitgever na een half uurtje lezen al wist dat hij dit boek uit wilde geven. Ik kan nu eigenlijk al niet wachten tot het tweede deel met 16 nieuwe pareltjes uitkomt. Maar moet hem dat eigenlijk wel aangedaan worden? Want dat zou wel weer van zijn reistijd af gaan....
Mocht je nieuwsgierig geworden zijn, neem dan even een sneak preview op de site van zijn boek. Daar zijn ook enkele pagina's te lezen. Kun je gelijk even escapen uit deze (lichte) lockdown.
De faculteit Letteren had gevraagd of het Groot Dictee der Nederlandse Taal misschien vanuit onze UB uitgezonden kon worden. Natuurlijk stemde onze directie daar mee in, want het is wel eervol als je bibliotheek op de radio komt. En tegenwoordig kun je de radio-opnames gewoon live meekijken, zodat het eigenlijk een soort van tv wordt waar je op verschijnt. En schamen hoeven we ons allerminst voor onze leeszaal: die is prachtig!
de deelnemers zitten klaar voor het dictee in de UB |
Of wij goed waren? Nou nee, maar ook niet echt slecht. Michaela, een vrijwilligster van het Katholiek Documentatie Centrum dat bij ons ingehuisd is, was bij ons de winnaar met 13 fouten en zelf was ik tweede met 14 fout.
Geen PR, maar volgend jaar herkansing. Eens kijken of de grand prix volgend jaar wél met een hoofdletter mag!
Goh wat heb je toch weinig geblogd de laatste tijd hoor ik wel eens. Dat klopt, maar sinds ik roei blog ik nu eenmaal minder; je kunt je tijd immers maar een keer uitgeven.
Bovendien blog ik nu ook af en toe voor de website van de roeivereniging, wat óók weer van mijn schrijftijd voor mijn eigen weblog af gaat. Sinds kort heb ik daar een ander projectje: het interviewen van clubleden. Misschien vinden jullie dat ook wel leuk om te lezen. Hierbij het eerste interview met roeimaatje Dien. Je moet van tevoren even weten dat Cor (75 jaar inmiddels!) de oprichter en nog maar pas afgetreden voorzitter van de club is en nog bijna dagelijks roeit.
Interview met Dien, lid van de vereniging sinds najaar 2020
Hoe ben je begonnen met roeien of in aanraking gekomen met de RV de Waal?
'Het was denk ik in 2018 dat ik in de trein zat om met mijn eetclubje naar Amsterdam te gaan. Het was vol in de trein en toevallig kwam ik naast Cor, die ik toen nog niet kende, te zitten. Wij waren gezellig met de meiden aan het kletsen en toen er even een pauze viel, vroeg Cor aan mij: "Volgens mij kom jij oorspronkelijk ook uit Amsterdam?"
"Dat klopt, ik ga een dagje naar mijn hometown en wat brengt jou vandaag naar Amsterdam?"
Cor zei: "Ik ga een boothuis uit de Amstel ophalen. Kijk, ik laat 'm je zien" en hop, daar verscheen de Ondine op z'n mobiel. "Is dat een huis?", vroeg ik. "Nou, daar zou ik ook wel in willen wonen."
"Nee, het is een botenhuis; daar komen boten in. Die wordt eigendom van RV de Waal. Ken je dat niet?"
"Nee."
"Dat is de roeiclub uit Nijmegen. Een mooie vereniging. Kom maar eens kijken, wie weet is het wat voor jou! Kom, ik zal de naam van de website even op een kaartje schrijven". Thuisgekomen deed ik het kaartje in een bak met allerhande andere kaartjes en besteedde er verder geen aandacht meer aan. Totdat ik een keer met een vriendin langs het vlot fietste en er een paar mensen met wat boten in de weer zag. Ik vroeg wie ze waren en wat ze precies aan het doen waren. "Wij zijn van RV de Waal, een roeivereniging. " Het zag er allemaal leuk en gezellig uit en thuisgekomen zocht ik toch maar dat kaartje weer eens op, want dit was natuurlijk de roeiclub waar Cor het in de trein over gehad had. Ik wilde bellen, maar vond geen telefoonnummer op de site. "Nou ja, laat maar", dacht ik. Totdat ik er nog een keer langsfietste en dacht "misschien moet ik ze toch maar een keer mailen", vooral toen ik zag dat je er een beginnerscursus voor 100 euro kon doen. Tien lessen voor maar 100 euro, daar kun je je geen buil aan vallen. Zo gezegd zo gedaan, maar geen antwoord op de mail. Na een tijdje nog maar een keer mailen. Weer geen antwoord; zou de club misschien opgeheven zijn? Maar uiteindelijk kwam er in juli 2020 dan de verlossende mail dat ik mee mocht doen met de beginnerscursus.
Wat vond je van de beginnerscursus?
In het begin snapte ik er geen snars van. Ik had van tevoren gedacht dat het een soort schuitje varen, theetje drinken was, maar het leek net een soort van kamp 1: "Stuurboord! Bakboord! Instappen gelijk. Nu!" Al die termen, kon dat niet wat minder strak en gedreven? "Ja kijk, als we dat niet allemaal precies tegelijk doen", legde coach Michiel me uit, "dan liggen we zo om." Daar zat wat in natuurlijk en ik stampte de begrippen in m'n hoofd, zei op een gegeven moment zelfs tegen mezelf: "instappen gelijk nu", als ik naar bed ging. Het bracht herinneringen naar boven van vroeger, zo rond het halen van m'n rijbewijs. Maar het lukte en het begon me steeds meer te bevallen.
Bij welk team zit je nu?
Het leukste! De waterwolven! En soms roei ik ook mee met Klaar-voor-de-inzet, zulke fantastische mensen bij beide groepjes! En altijd op tijd he? Haha. Vooral nu we op de maandagavond weer een parel van een coach hebben, Dirk, gaan we weer met sprongen vooruit! Maar Michiel heeft voor ons de basis gelegd. "Trots!" Dat zei ik op een gegeven moment zelfs tegen mezelf op de fiets! Jammer dat hij niet zo vaak tijd meer voor ons heeft op de woensdagochtenden....
Wat zijn je ambities?
Over een half jaar skiffen 1b halen. Ik was zó blij met het halen van mijn skiffdiploma 1a na de goede voorbereiding door eerst Wim en daarna Paul en ook het examen zelf was een feestje met de altijd hulpvaardige Maria. Maar glad roeien, dat ga ik echt pas in de zomer proberen, hoor. Want reken maar dat dat in het begin koppetje duiken wordt!
Wat vind je van de club?
Heel gezellig, en zó fijn dat iedereen elkaar zo helpt en aardig is voor elkaar!
Wat zou er beter kunnen?
Er zou wat sneller en duidelijker gereageerd kunnen worden op mails en appjes, vooral bij nieuwe leden. En ook zou duidelijker aangegeven kunnen worden wie nou precies aanspreekpunt is voor wat. Maar verder: niets dan lof, ik heb het enorm naar m'n zin bij de club!'
En ik ook! Altijd plezier met Dien, waar ik samen mee in de Waterwolven zit.
Klassiek Beltrum zou er op kunnen duiden dat er daar veel klassieke beelden of bouwwerken te bewonderen zouden zijn, maar niets is minder waar. Het enige klassieke aan het plaatsje in de Achterhoek is dat het vorig weekend bezocht werd door een horde (nou ja, horde: 7 man/vrouw) classici. En de enige zuil die ze er hebben weten op te trekken was een zuil van rook uit open haard respectievelijk barbecue.
Nee, het is een echt plattelandsdorp en we logeerden in een huisje op een boerderij-erf dat we via natuurhuisje.nl gehuurd hadden. Niet dat dat laatste per se de bedoeling was, maar aangezien we dit jaar laat waren met boeken - corona, je weet zelf - was er niet heel veel meer te krijgen voor zo'n groot gezelschap met zeven slaapkamers. En zoals dat meestal gaat met niet-eerste-keus-huisjes: we hebben er een geweldig weekend gehad. Ja duh, met zo'n gezelschap....
Maar het waren ook de boerderij en gastvrije boer Joop die de sfeer verhoogden. Tussen de classici selecti, van wie een groot deel Brabantse boerenzoon is, voelde ik me ondanks mijn tuindersachtergrond wel een stadsmeisje. 'Wat denk je dat hij (de boerenknecht, ik dacht dat het de zoon was) gaat doen met die plastic handschoen aan zijn arm?' 'O, die gaat insemineren.' 'Okeeee....' 'Zullen we Joop vragen of we even mee mogen kijken?' 'Nou ja, nu we hier toch zijn, kunnen we dat misschien wel doen?', zei ik met enig koudwatervrees. En natuurlijk mochten we meekijken van Joop, die ook bereid was het een en ander uit te leggen.
'Zouden jullie ook wat verse melk willen voor vanavond? Dan moet je even een pannetje halen'. 'Wáááát, zo'n klein pannetje maar? Kom morgen nog maar weer terug met een grotere pan. Hier kun je niet op leven. Willen jullie ook de kalfjes even zien? Kijk, ze sabbelen zo aan je hand. Wat een schatjes he? Kijk, dit is een tweeling. De een is wat wilder dan de ander.' En zo leerden we beetje bij beetje veel over het boerenleven.
En niet alleen over het boerenleven; een van de leden van onze groep bleek zich de afgelopen jaren ontwikkeld te hebben tot een groot (nacht)vlinderkenner, dus na het weekend konden we moeiteloos het landkaartje van de Atalanta onderscheiden en de distelvlinder van de gehakkelde Aurelia. Tevens leerden we dat de buxusmot nog niet was doorgedrongen tot Ierland - those lucky bastards!
Voor de rest hebben we voornamelijk gefietst. En het leek wel alsof we de enige bezoekers in de gehele Achterhoek waren. Wat een rust zeg! En wij de trappers maar rond laten gaan op die kerkepaden, genietend van het weidse uitzicht en elkaars verhalen. Zó hoort het leven te zijn.
Maar je bent niet in de Achterhoek geweest als je Erve Kots niet bezocht hebt. Ja, wij moesten ook even slikken bij het horen van die naam, maar naast bezienswaardig is dat uitermate schattige openluchtmuseumpje ook heerlijk bourgondisch. Want lekker eten, dat kunnen die Achterhoekers wel en we hebben ons vrolijk laten verwennen. Oeh wat een volk!
Met een tante als Katharina verveel je je nooit: altijd wilde ideeën. Zoals nu ook weer het voorstel om samen een vakantiebezoek aan haar vriend Kees Wieringa en zijn vrouw Moos d'Herripon, het talentvolle echtpaar dat een kunstcentrum aan het opzetten is in Frankrijk, te brengen.
Ze zijn het nog volop aan het verbouwen daar, maar het is al bewoonbaar en er zijn al prachtige, ruime en stijlvolle kamers met gouden randjes voor (de) gasten ingericht. Je ziet nu al hoe luxe het straks gaat worden, ook al zijn de concertzaal, dansstudio en expositieruimte nog niet klaar. Wat uiteindelijk expositieruime moet worden is nu bijvoorbeeld nog wijnkelder (wat ook niet te versmaden is natuurlijk en voor een deel zal het zeker deze functie blijven behouden gelukkig...). Maar je kunt je er al een voorstelling van maken hoe mooi die ruimte straks gaat worden, met al die nissen en doorkijkjes.
En niet alleen het landhuis/ kasteeltje is prachtig, ook de heerlijk groenglooiende omgeving; enfin, wie kent de wijnrijke Bourgogne niet? Gelukkig was het mooi weer, dus we hebben lekker buiten kunnen eten (en champagne drinken) en door het bos achter het huis kunnen wandelen. Een deel hiervan zal straks als camping gaan fungeren; fijn voor de wat minder rijke kunstenaars!
Het gebouw zelf dateert uit de 19e eeuw (1837 om precies te zijn) en is gelegen tegenover de kerk. Dat laatste maakt het uitzicht ook aan de voorkant zeer pittoresk en maakt wekkers overbodig. Want zeg nou zelf, hoe fijn en landelijk is het niet om gewekt te worden door het luiden van de klokken van de eeuwenoude dorpskerk? Je waant je gelijk in een lang vervlogen tijd.
Kortom, het was een sprookjesweek.
Maar ook 'hard werken': 's ochtends yoga in de dansstudio-in-opbouw onder de professionele leiding van Moos, daarna ontbijt met onder andere verse croissants en jus d'orange geserveerd door Kees, vervolgens een stukje fietsen door de schitterende omgeving en een kopje koffie drinken op een van de terrasjes aan de rivier de Yonne, terugkeren voor een heerlijke lunch in de tuin met soep van verse groenten en kruiden uit de moestuin, stokbrood en kaasjes, 's middags wat lezen en door het dorp kuieren, een kasteel bezoeken of eventueel wat pastis drinken, om een uur of vijf gaan zwemmen in de rivier en daarna een uitgebreid diner met (alweer) verse groenten uit de tuin, de nodige flessen wijn en interessante gesprekken met de rest van de gasten, die (nu) voor een groot deel (nog) bestond uit klussende vrienden en familie.
Soms was er ook nog een excursie, zoals naar de lichtshow op (ja óp) de kathedraal van Sens en af en toe een privépianoconcert van Kees of uitstekende compilatie Franse chansons.
Bestaat volmaaktheid? Wat mij betreft de afgelopen week in Villeblevin wel. It's a villa I believe in en ik zal zeker op korte termijn naar deze oase terugkeren.
Verder gun ik iedereen een tante Katharina.
Een beetje zenuwachtig was ik wel voor deze ongewone behandeling, maar de 'vampiersessie' viel me alleszins mee. Er werden vier bloedzuigers in de buurt van mijn lies gezet en ondanks dat ik, zoals iedereen in insectenland weet, heerlijk bloed heb en de beestjes mij meteen gretig begonnen leeg te zuigen, deed het geen pijn en na een half uur hadden de bloedzuigers hun buikjes vol en werden ze van mijn huid gehaald. Verband eromheen tegen de nabloedingen en klaar was kees, of waren de kezen - je mocht de bloedzuigers een naam geven.
Lekker de trein terug, boekje erbij, af en toe even voelen of het verband nog goed zat. Dat ging op zich goed, hoewel ik wel voelde dat ik niet heel lang extra in de trein zou moeten zitten, want het verband raakte rap voller en ik moest ook nog naar de drogist of supermarkt om extra verband en leukoplast te kopen, zo was mij (na afloop, liever had ik dat eerder geweten) verteld. En zo was ik net op tijd thuis om het verband te wisselen voordat ik druipend van het bloed de supermarkt had verlaten.
Dus verband eraf en nieuw verband erop. Niet dat dat zo makkelijk ging, want de wondjes die ik verwacht had, bleken best grote wonden te zijn, eerder een soort schotwonden dan de insectenbeten die ik gewend was; het bloed (voor het grootste deel eigenlijk lymfevocht, zo had Susanna mij verzekerd) spoot er ook eerder uit dan dat het druppelde. Met als resultaat dat ik om de twee uur (ja mensen, ook 's nachts) het verband moest wisselen. Maar in de loop van de volgende dag hield het bloeden op en kon ik mijn gewone gang weer oppakken. Helaas bleef de wonderbaarlijke genezing uit, maar soms heb je een aantal meer van deze sessies nodig wil het succesvol blijken, vandaar dat ik op aanraden van Susanna meteen twee afspraken had gemaakt.
De volgende afspraak zal tegelijk met een andere dame zijn; zij heeft last van tandvleesproblemen. Ik durf me er geen voorstelling van te maken waar de bloedzuigers in haar geval geplaatst gaan worden, maar ik heb al zo een idee.
Ik geloof dat daar voor mij de grens zou liggen, hoezeer mijn vader het mij ook aan zou raden.
foto: Martine van Harten |
Ongeveer een maand geleden kreeg ik een alleraardigst mailtje van een internationale student (Reuben Malekar), die tevens redacteur van de Vox is: of hij met mij een interview kon houden over mijn werk voor Cobomen; dat ik daar vrijwilliger was had hij via LinkedIn ontdekt.
Ik antwoordde hem dat ik de laatste paar jaar niet meer zo actief was voor de stichting omdat ik tegenwoordig een volkstuintje (en de roeivereniging) heb en er dus niet zo veel tijd in kan steken als voorheen. Of ik dan andere mensen wist die hij zou kunnen benaderen. Ja hoor, de oprichters van de club, aan hun e-mailadressen kon ik hem wel helpen.
Zo gezegd, zo gedaan en dus vertelde hij me een week later dat hij contact met hen had gehad en dat hij een interview met hen ingepland had. Maar hij wilde mij eigenlijk ook nog graag wel interviewen en natuurlijk stemde ik daar mee in.
Het resultaat lees je hier.
Nu sta ik weer quitte met mijn dochter, die al in de Vox stond toen ze nog maar net een paar maanden op de uni zat. Hard werken om je kinderen een beetje bij te houden....
Over het algemeen vind ik het wel leuk om presentaties te geven, maar met presentaties in het Engels heb ik toch aanzienlijk meer moeite. Dus toen mij gevraagd werd om een presentatie van maar liefst een half uur te houden voor een Europees gezelschap van informatiespecialisten die zich bezighouden met open onderwijs (de ENOEL, oftewel European Network of Open Education Librarians), was ik behoorlijk terughoudend.
'Ik ben geen native speaker'.
'Dat is geen probleem, bijna niemand in onze groep is een native speaker, dat is zo'n beetje de essentie van elk Europees gezelschap, en iemand moet het ijs breken en jouw Engels is best behoorlijk.'
'Niet'.
'Wel. En in ieder geval ben je al heel lang enthousiast met dit onderwerp bezig en trouwens, op het gebied van open online onderwijs zijn jullie in Nederland zo'n beetje het verst gevorderd van heel Europa met een uitstekend platform als Edusources dat dit jaar is opgezet en waaraan jullie als bibliotheekcommunity als pilotpartner hebben meegedraaid en daarom is jouw verhaal heel inspirerend voor de rest van onze groep.'
En zo heb ik me laten overhalen om via Zoom (dat ook nog!) een presentatie van een half uur (met daarna nog een Q & A sessie) te houden. De bedoeling van deze eerste in een set presentaties van mensen die zich achter de schermen bezighouden met Open Educational Resources is om het bewustzijn over dit onderwerp te vergroten en de opdracht aan ons is om deze video's zo veel mogelijk te verspreiden.
Dat laatste is de enige, maar dan ook enige reden om deze video met jullie te delen en mocht er iemand zijn die een cursus 'presenteren in het Engels' aanbiedt, dan meld ik met hierbij aan. Enjoy!
Over misleidende krantenkoppen gesproken: dit bericht in de Gelderlander: 'Positief advies over Romeinen op werelderfgoedlijst'.
Ah, het blijkt te gaan om de Berg en Dalse potten- en pannenfabriek en het Berg en Dals/ Nijmeegs aquaduct, als onderdeel van vindplaatsen langs de Romeinse Limes. Zeg dat dan!
Zie ook hier.
Leuker (want bureaucratischer) is het er niet op geworden, dat je bij het plaatsnemen op het terras je gegevens moet achterlaten. Maar ja, we mógen tenminste weer!
En toegegeven, sommige terraseigenaren weten er wel iets van te maken, zoals de uitbater van het café waar we gisteren neerstreken. 'Schrijf je gegevens maar op het papiertje en dump het in deze blauwe Fred Osterdoos; de trekking (de prijs is een magnetron) is volgende week.'
Dat is een van de redenen waar je voor naar het terras gaat: een vrolijke en creatieve ober of eigenaar.
Als de overheid iets van je vraagt, doe je dat natuurlijk. Dus als de overheid proefkonijnen vraagt voor een proefuitje, dan zorg je dat je een kaartje bemachtigt en dan GA je. Ook als je je van tevoren moet testen en de teststraat niet zoals van tevoren beloofd in je eigen stad, maar Vitessestad blijkt te zijn. En je de optredende band niet eens kent. Dat zijn kleine, overkomelijke problemen.
Want je krijgt er wat voor terug. Een geheel verzorgd optreden. In coronatijd.
En wat was het heerlijk om weer eens een concertje te bezoeken! De opwinding vooraf: jurkje kiezen, opmaken (vooral stippenlift lippenstift natuurlijk), controleren of je je kaartje, testuitslag, legitimatiebewijs en mondkapje bij je hebt, op de fiets en in de rij bij Doornroosje. Je bureaucratie aan toegangsbewijzen laten zien ('heb je je contactgegevens op de site ingevuld, zodat de GGD die bij een eventueel bron- en contactonderzoek beschikbaar heeft?), je naar je plaats laten leiden en neerzijgen.
Hè hè, maar het vertrouwde sfeertje was er. Muziek, drank, iedereen had er zin in. Trouwens, drank? Hoe komen die mensen daaraan? Ah, via de QR-code op het bordje op je tafeltje. De bestelling wordt netjes bij je gebracht. In een emmer met ijs. En niet zo maar een emmer, nee, een emmer met levensgroot 'corona' erop gedrukt. Iedereen z'n eigen emmer. Het leek wel een nachtclub.
En dan komt de artiest op. In een schitterend bont pak. Z'n keybordje stond er al en ook de lichtshow/ animatie was al begonnen. Vrolijk begroette hij ons; 'Welkom mensen, zijn jullie klaar om getest te worden?' Ja hoor, wij waren en klaar voor en ook hij had er overduidelijk zin in. Alleen, hij was wel een beetje jaloers op ons. Want wij waren aan het uitgaan en hij moest werken; hij had eigenlijk ook wel zin om gewoon uit te gaan. Maar hij vermaakte ons prima en was er een meester in om ons steeds op speelse wijze op de absurde situatie waarin we ons bevonden te wijzen. 'Hé wat gaaf, jullie drinken zelfs speciaalbier uit een glas!' Zelf had hij een paar blikjes volksbier op het podium staan, waar hij er op het laatst een van weggaf aan het publiek toen hij doorhad dat wij geen drank meer mochten bestellen, want ja, het was na achten.
Of wij ons nog moesten haasten om voor de avondklok binnen te zijn? Nee, we woonden allemaal dichtbij. Nou jammer dan, want hij moest het toch bij zijn vijf kwartier houden. Als toegift had hij een cover van het nummer Een eigen huis in petto. Het dak ging er bijna af; hij had moeite ons in bedwang te houden. 'Jullie mogen niet meezingen hoor, jongens!' We voelden ons wel een beetje gehandicapten op een rolstoel zonder wielen met al die beperkingen, maar we hadden tóch een ouderwets geweldige avond gehad.
En ik heb er een nieuwe favoriete band bij. Want z'n muziek zal me altijd blijven herinneren aan deze bijzondere soirée. Met de ex-goth Stippenlift, die er tegenwoordig een beetje uitziet als een personage uit Trainspotting. Die zwaarmoedig kan zijn, maar vooral ook humor heeft. Ook in z'n muziek.
Een beetje vriendelijkheid, wat kost dat nou? Een complimentje, een grapje, mensen helpen, mensen laten merken dat ze er toe doen? Zeker in deze stresserende tijden.
Voor mij als opgewekte pleaser kost het nooit veel moeite, maar het gros van de mensen blijkbaar wel. Waarom ik dat denk? Dat komt door het volgende voorval:
Vorige week vrijdag belde ik de apotheek; ik had namelijk een medicijn opgehaald uit de afhaalautomaat aldaar en dat bleek niet het juiste te zijn. De huisartspraktijk had ik daar al over gebeld, en het lag niet aan hen; het recept was correct, het moest dus aan de apotheek liggen.
Telefonisch contact met de apotheek bevestigde dat. Men had daar een fout gemaakt. Of ik het 'foute' medicijn naar de apotheek wilde meenemen, zodat ze me nu wel het goede konden geven.
'Prima', zei ik, 'ik hoef het dus niet uit de automatiek te halen, maar kan gewoon bij jullie naar binnen gaan?'
'Automatiek?'
'Ja, dat afhaalautomaat van jullie'.
'Haha, noem jij die altijd zo?'
'Ja, ik zie het verschil met een krokettenautomaat niet hoor!'
De apothekersassistente moest lachen; blijkbaar had niemand hun afhaalautomaat zo genoemd of de associatie met een automatiek gehad en we grapten er nog wat over door.
Enfin, ik nam het doosje verkeerde medicijnen mee naar de apotheek en het juiste doosje werd voor me klaargemaakt. Opeens kwam er een andere apothekersassistente vanuit de backoffice tevoorschijn.
'Bent u die mevrouw die ik zojuist aan de lijn had?'
'Dat klopt.'
'Ik herkende uw stem en wilde u nog even zeggen dat ik het zo fijn vond dat u gewoon een grapje maakte over onze afhaalautomaat, en dat nog wel terwijl wij een fout hadden gemaakt'.
'Ik vond het gewoon grappig en dat foutje; ach, vergissen is menselijk toch?'
'Nou, u zou eens moeten weten wat we bij een foutje normaal naar ons hoofd geslingerd krijgen! Sowieso is iedereen tegenwoordig alleen maar chagrijnig en drammerig. U heeft echt mijn dag goedgemaakt!'
En dat alleen maar door een beetje vriendelijkheid. Hoe ver zijn wij als land gekomen?
En dé oudheid bestaat natuurlijk ook niet. Je hebt het hier over een tijdspanne van ongeveer 3.500 jaar en een enorm gebied: op z'n minst Europa, het Midden-Oosten en Noord-Afrika.
Maar ook als je het alleen over de klassieke oudheid hebt, heb je het over een lange tijd, namelijk van ca. 750 voor Christus tot ca. 500 na Christus. En beperkt het gebied zich niet alleen tot Italië en Griekenland, maar ook tot de door hen veroverde gebieden en dat verschilde nogal per periode.
Enfin, wij als UB Nijmegen dragen ook een klein steentje bij aan dit jaarlijkse event middels een digitale tentoonstelling. We hebben dus niet zo groot uitgepakt als vorig jaar, maar het kan niet altijd feest zijn helaas.....
Naar aanleiding van de vorige post kreeg ik wat tips voor meer podcasts (dank je o.a. Ester en Mieke). En natuurlijk luister ik er ook meer dan de vorige drie die ik noemde en probeer ik af en toe aanbevelingen uit de krant of andere media uit. Hieronder een kleine verzameling. Heerlijk om onder een dekentje op de bank te luisteren als het buiten sneeuwt.
Marc-Marie & Aaf vinden iets (wekelijkse podcast van Marc-Marie Huijbregts en Aaf Brandt Corstius)
Grootspraak: Hugo de Groot in 2021 (gesprekken in de geest van Hugo de Groot in verband met het Hugo de Grootjaar vanuit Slot Loevestein)
Maarten van Rossem: de podcast (duiding en heerlijk gemopper)
G-spotcast (aangeraden door Ionica Smeets)
Mand (de kortste podcast van Nederland door Maxim Hartman)
Thuis in de klassieke oudheid (zie ook hier; er is nog maar een aflevering beschikbaar)
En dan nog wat radio- en krantgerelateerde podcasts:
De Stemming van Vullings en Van der Wulp
En nog een kleine greep uit de buitenlandse podcasts:
En voor wie nog meer wil:
Top 10 Nederlandse podcasts
De 100 populairste podcasts op dit moment
Mocht je nog tips hebben, zet die dan onderaan deze post.
coronawandeldrukte op de waalbrug |