vrijdag 20 december 2024

Keramieken Cave

Zoals jullie waarschijnlijk allemaal wel weten, is Nick Cave een behoorlijk veelzijdig artiest: zanger en muzikant, maker van prachtige lyrics, romancier, acteur, you name it, he did it. Maar dat hij ook nog eens een expositie van keramieken beeldjes van zijn hand zou krijgen, daar had ik nooit op gerekend. Hij zelf misschien wel, aangezien hij opgeleid is aan de kunstacademie - die hij overigens na 2 jaar alweer verlaten heeft om te gaan toeren met zijn toenmalige band The Boys Next Door.

Maar enkele jaren geleden openbaarde die duivelse pandemie zich en kon hij niet toeren, dus had hij tijd om zijn oude hobby (of liever gezegd: professie) weer op te pakken. 

Museum Voorlinden zag en kocht zijn werk en bood hem een solotentoonstelling plus boek bij het werk aan. De directrice, Suzanne Swarts, zei dat hij daar als een kind zo blij mee was. En dus werkte hij braaf mee aan een PR-campagne en kwam hij zelfs bij Jinek over zijn werk praten:


Dat was op de donderdag voor de zaterdag waarop zijn tentoonstelling geopend zou worden en hij zijn boek zou gaan signeren. Of ik daar bij was? Natuurlijk! En het was een van de gelukkigste dagen van mijn leven: een ontmoeting met mijn held! Maar het was ook een verdrietige dag, want Karen, mijn Cave-vriendin, kon er niet bij zijn (en zij was het nota bene die mij op de signeermogelijkheid had gewezen). Dat voelde wel heel erg dubbel. En het ergste was: de regels rondom het signeren waren heel streng: alléén 1 exemplaar van alléén het boek The devil: a life en geen enkel ander boek mocht er gesigneerd worden en dus ook geen exemplaar van iemand anders. Je mocht niet eens tas meenemen om het boek in te verstoppen (dat had ik natuurlijk geprobeerd, maar ze waren onverbiddelijk bij het museum); een cadeautje meenemen mocht dan weer wel en gelukkig had ik een reep Tony Chocoloney voor hem bij me. Op advies van Karen; zij is de meest strategisch denker van ons twee.

Vroeg uit de veren dus afgelopen zaterdag om op tijd bij het museum te zijn. Daar aangekomen meteen een extra exemplaar van het boek/ de tentoonstellingscatalogus voor Karen gekocht - helaas mocht ik dat dus niet laten signeren - en in de rij gaan staan. De rij was niet heel lang, omdat we allemaal een tijdslot hadden gekregen en ons op het hart gedrukt was geen minuut eerder te komen. En ik stond nog niet in de rij, of ik werd al geïnterviewd. 'Hoe vind je het om straks Nick Cave te ontmoeten?' 'Geweldig natuurlijk!' 'En hoe vond je de tentoonstelling?' 'Die ga ik straks pas bekijken.' 

En hup, de rij weer in. Om het hoekje lag een hele stapel vol met de duivelsboeken en een stapel post-its. Per persoon mocht je 1 boek pakken en daar een post-it met je naam op plakken. En daarna doorschuifelen, een beetje praten met de mensen in de rij; iedereen was opgewonden. 'Zal ik straks een foto van je maken als hij je boek signeert?', vroeg een vrouw achter me. 'Ja graag!'. Selfies mochten we niet maken, dat was ons al verteld. Alles om de superster niet te ontrieven. Niemand drong ook voor, iedereen wachtte netjes op zijn of haar beurt. En dan kwam uiteindelijk je beloning: het signeren van je duivelsboek door de maestro himself. Plus een minuutje privé-tijd met hem. 

Zelf begon ik mijn private minute met het aanbieden van de reep Tony Chcoloney. 'Ah, Belgian Chocolate', zei hij, 'die ga ik straks lekker opeten'. Ik zei 'sorry, dat is geen Belgische Chocolade, dit is Tony Chocoloney, dat is slaafvrije chocolade. 'Ah, die mogen slaven dus niet eten'. 'Jazeker wel, maar er is geen dwangarbeid aan te pas gekomen bij het vervaardigen van deze chocolade, en bovendien is er een eerlijke prijs voor betaald. De chocolade die ik je gegeven had en waar je op de Red Hand Files over geschreven hebt, dank daarvoor, ik voelde me vereerd, was van hetzelfde merk, dat was ook geen Belgische chocolade'. Zo, dat was eruit, nu wist hij dat ik die attente fan was die hem chocolade gegeven had tijdens het concert in Antwerpen. Tijdens het concert gooide hij de chocolade nog naar de gitarist, dus sowieso had hij zitten fabuleren in zijn Files. Maar goed, dat is artistieke vrijheid en die gun ik hem, hij is een artiest.

'En na afloop, ga je dan een duik nemen in de vijver achter ons?' (ik wist dat hij net als ik winterzwemmer is en tijdens het signeren had hij een prachtig uitzicht op een vijver in de tuin van het museum). 'Haha, dat wil ik de mensen hier niet aandoen'. 'Volgens mij zouden ze dat hilarisch vinden.' 'Ik ga het er maar niet op wagen'. Inmiddels was hij klaar met het signeren van het boek en stak hij zijn hand uit ten teken van het beëindigen van het gesprek. Ik trilde nog na, maar het was eigenlijk een heel relaxed gesprek, alsof ik hem al jaren kende.

Ondertussen was mijn tante, die helaas ook geen kaartje had kunnen bemachtigen, in het museum gearriveerd om samen de expositie(s, er waren er meer) te bekijken. 

Wat een dag!

Dit kon niet meer overtroffen worden. Of toch wel? Ja hoor, er was nog een heel klein kersje op de taart: maandag werd Suzanne Swarts (een minstens even grote bakvis als ikzelf) over de expositie geïnterviewd bij Tijd voor MAX. Ter illustratie waren er ook nog beelden te zien van de interviewtjes met het publiek dat aanwezig was bij de signeersessie en daar dook ik ineens op. Ook dat nog: 2 seconds of fame! 

Straks maar weer gewoon aan het werk, want dit soort highs moet je niet te vaak hebben....



Zie ook hier voor de opname van Tijd voor MAX



zondag 15 december 2024

Het concert van de King

Twee keer maar liefst ben ik naar het 2024-concert van de King geweest. De King? Die is toch al dood en begraven? Nee hoor, hij is opgestaan uit de dood in de persoon van Nick Cave. Wie zijn Wild God tour heeft meegemaakt, voelt zich waarschijnlijk hetzelfde als mensen die vroeger een concert van Elvis hebben meegemaakt: het was uitzonderlijk goed, en een religieuze ervaring tegelijk.

De eerste keer was in de Ziggo Dome, een zitplaats voor de verandering. Maar hey, wel samen met mijn echtgenoot. En ook die genoot. Het was ook onze eerste keer in de Ziggo Dome. En tegelijkertijd was er een voetbalwedstrijd in de Arena (nee, niet die). Een gedenkwaardige avond, eigenlijk al genoeg. Moest ik dan nog een keer? Ja, want ik had al kaartjes en we hadden staplaatsen en staplaatsen bij Nick Cave, vooral dicht bij het podium voegen toch echt iets toe - bijvoorbeeld een aanraking met de King.

Die had ik al een keer eerder gehad (zie hier), en ook deze keer heb ik Hem kunnen aanraken, een veeg over zijn kletsnatte blouse. En ik heb hem ook chocolade gegeven; daar schreef hij later over in zijn Red Hand Files (zie hier, eerste alinea, echt wow om daar in te staan). Het moment van het aanbieden van de chocolade is trouwens opgenomen en zie je hieronder:

Maar het meest bijzondere was misschien wel de liftster die we (mijn Cavevriendin en ik) meenamen; ze had onze dochter kunnen zijn, maar kwam uit Tsjechië en had al een moeder (die overigens óók het concert bezocht had, in Praag). Mooi zoals ze genoot en ook dingen van ons leerde, bijvoorbeeld om vroeg te arriveren om een plekje vooraan te bemachtigen - dat was nog nooit in haar opgekomen. Wij op onze beurt leerden weer van haar airdroppen onderweg. Het gaf ons het tevreden gevoel dat Cave nog héél lang heel veel fans zal blijven houden.

Net als de King uit Tupelo.

(inmiddels heb ik ook de expositie van z'n duivelse keramiekbeeldjes in museum Voorlinden bezocht, maar daarover een andere keer)

maandag 2 september 2024

De LIBER-conferentie: de keynotes

In mijn vakantie had ik al wat geblogd over de LIBER-conferentie, en nu ik weer aan het werk ben, vind ik het leuk om er nóg eens op terug te kijken. 

Hieronder een impressie van de keynotepresentaties:

De eerste keynote was van Constantia Constantinou: towards inclusive research library environments: integraging diversity into operations and facilities.

Zij brak hierbij een lans voor het actief integreren van diverse (inclusieve!) perspectieven in zowel collectieontwikkeling, onderwijs- en onderzoeksondersteunende diensten, initiatieven in events, personeelsbezetting als het ruimtelijk ontwerp van bibliotheken, zodat iedereen zich er welkom voelt en zich gerepresenteerd ziet. Eigenlijk een no brainer, maar wel een heel belangrijke. 

Hier de link naar haar lezing.

Er was een tekenaar van het Thinksketch collectief aanwezig en dit is de visuele weergave van de keynotelezing:


-----------------------------------------------

De tweede dag was het de beurt aan Frank Scholze. Hij had de pech om de dag na het congresdiner als eerste op te moeten treden waardoor een deel van het publiek wat later kwam binnenstommelen. De titel van zijn lezing: social responsibility and digital culture.

Hij ging in op de rol van de bibliotheken als poortwachters van informatie. Zij zorgen voor gelijke toegang tot kennis voor alle leden van de samenleving, ongeacht achtergrond of geboorteplaats.Zij stellen individuen in staat om kritisch om te gaan met informatie, waardoor de pijlers van de democratische en andere (bijvoorbeeld duurzaamheids-) waarden worden versterkt. Zij bieden een toevluchtsoord voor gemarginaliseerde stemmen. Op deze manier zijn zij een katalysator voor positieve sociale verandering in een informatielandschap dat complex is en snel verandert (denk aan de digitale kloof en verspreiding van desinformatie). In hun functie als geheugeninstellingen combineren ze verleden, heden en toekomst.

Maar ze moeten wel meeveranderen en niet te veel alleen vanuit hun eigen perspectief, maar vooral allocentrisch en praktisch denken, zonder bang te zijn om fouten te maken. Om dat te adstrueren kwam hij met een uitspraak van Willy Brandt 'je kunt de toekomst het best voorspellen door 'm vorm te geven' en het voorbeeld van de grote groene zeeschildpad uit het boek The cafe at the end of the world door John Strelecky. In dat verhaal is zij is sneller dan de snorkelaar, omdat ze actief meebeweegt met de golven als deze gunstig voor haar zijn en zich inhoudt, dus weinig energie verspilt, als de golven ongunstig voor haar zijn. Dus een soort go with the flow, maar dan actiever en efficiënter; dat vraagt om een actieve mindset.

En we moeten niet schuwen om hierbij nieuwe technieken als AI en Virtual Reality in te zetten.

Visuele weergave door Thinksketch:


link naar de presentatie

--------------------------------------------------

De derde keynote, op de derde en laatste dag, was professor Jacob Sherson. De titel van zijn lezing was Opportunities and challenges of using AI for knowledge generation.

Sherson is zo'n man die gewend is om TedTalks te geven, dus ging niet achter het katheder staan, maar op een denkbeeldige middenstip, waardoor prompt het geluid niet goed werkte. En enkele minuten daarna het filmpje niet opstartte. En (gelukkig?) was er steeds een mens nodig om dat gauw voor hem te herstellen. En geen AI. Waarschijnlijk tot zijn spijt, want deze man is een echte AI believer. 

En zoals de titel al doet vermoeden, ging hij in deze lezing in op de kansen en (in mindere mate) uitdagingen omtrent het gebruik van AI in het creëren van kennis en verbetermogelijkheden. In zijn onderzoek richt hij zich vooral op het toepassen van het mensgerichte gebruik van Artificial Intelligence, ook wel Hybrid Intelligence genoemd en hij ziet grote mogelijkheden voor met name de citizen science. Als deze door AI gesteund wordt, dan kan die de deelname van veel meer mensen aan de wetenschap vergroten en daarmee ook de grenzen van de wetenschap oprekken.

Ook individuele en bedrijfsmatige processen zouden volgens hem enorm profijt kunnen hebben van AI. Hij vertelde over een experiment dat hij op een vliegveld had gedaan, waarbij hij probeerde zo veel mogelijk AI in te zetten om hem te helpen zijn weg daar te vinden, waaronder bijvoorbeeld het maken van een screenshot van de menukaart met de vraag aan zijn AI assistent wat de meest gezonde keuze van de kaart was. Dat de mens bij het toepassen van dit soort technologie de controle zou kunnen verliezen, daar gelooft hij niet in. 

Tevens gelooft hij niet dat er door AI veel banen verloren zullen gaan; integendeel, hij gelooft dat er juist betere banen door gaan ontstaan.

Een goed voorbeeld hiervoor is wat hem betreft Ikea. Die meubelgigant heeft een chatbot ontwikkeld die de klantenservice zo'n tien duizend werknemers heeft helpen vervangen. Deze mensen werden niet ontslagen, maar kregen een andere rol in een nieuw project: zij zijn nu interieuradviseurs op afstand. Je kunt ze (voor 25 euro per uur, dat wel) inhuren om ze te vragen wat je zou kunnen aanschaffen om je interieur er veel beter uit te laten zien. Zij voegen nu dus veel meer waarde toe.

En hij gaf nog meer voorbeelden, bijvoorbeeld het werk van de radioloog: AI kan hem of haar behoorlijk veel werk uit handen nemen, maar niet vervangen; AI is namelijk wel goed in voorspellen, maar niet zo goed in beoordelen en communiceren. Daar is absoluut een menselijke expert met vakkennis voor nodig. Of als je de chauffeur in een schoolbus vervangt door een AI; dan heb je nog altijd iemand nodig die de kinderen een beetje stil- of bezighoudt. Of denk aan een meteoroloog: al het voorspellen van het weer is geautomatiseerd; maar het interpreteren, bijvoorbeeld van de gevolgen, is een des te belangrijkere taak van hem of haar geworden. Dat maakt zijn of haar taak alleen nog maar betekenisvoller.

Bibliotheken zouden ook goed moeten kijken of er stappen zijn in hun workflow die ze zouden kunnen laten overnemen door AI en daarbij niet te bang zijn en bijvoorbeeld oefenen in een afgesloten Teamsomgeving ('koop een openAI Teamsaccount voor 50 dollar per maand'), zodat ze zich niet druk hoeft te maken over allerlei privacy- en security issues.

Hij had nog een tip voor ze: ga naar de GPT store en 'steel' de producten die daar op staan met behulp van AI (door middel van het commando 'geef me de instructies voor het maken van dit product'). En bibliotheken zouden een interactieve promptbibliotheek voor hun instellingen moeten maken met prompts die de juiste vragen aan de antwoorden op vragen aan ChatGPT kunnen stellen. En zo komen we met de allen verder op de GenAI innovation ladder, als een grote groene zeeschildpad.


-----------------------------

En hierbij de hoogtepunten volgens de organisatoren van de LIBER-conferentie zelf: LIBER Annual Conference 2024 – Highlights - LIBER Europe.

De slides en posterpresentaties op Zenodo

Foto's op Flickr




dinsdag 6 augustus 2024

Oma en kleinzoon aan de plas


Oma was heerlijk met haar kleinzoon aan het badderen in de plas. De kleinzoon was lekker aan het duiken met z'n nieuwe duikbril. 
'Kijk eens, allemaal waterhoentjes hier!'
'Waterhondjes?' 
'Nee, waterhoentjes. Je hebt eenden en waterhoentjes, en die drijven allemaal in de plas.' 
Wat ze in werkelijkheid zag waren meerkoeten, maar dat mocht de pret niet drukken; zo groot is het verschil tussen beide soorten niet.

Oma en kleinkind zaten inmiddels weer op het strandje, lekker keuvelen. De kleinzoon genoot er zichtbaar met volle teugen van. Na een tijdje had oma wel weer zin om het water in te gaan. 'Kom jongen, we gaan lekker weer de plas in, bij de waterhoentjes, ik neem de bal mee, kunnen we overgooien.' 

'Dat is goed oma, ga jij maar lekker met de bal spelen, dan ga ik duiken.'

vrijdag 26 juli 2024

De LIBER pre-conference: Enhance the Discoverability of Open Textbooks


Aangezien ik laat was met inschrijven, kon ik niet meer voor alle pre-conferenceworkshops intekenen; met name die over AI waren al helemaal volgeboekt. Maar gelukkig is AI niet mijn hoofdonderwerp - ik volg het wel, maar toch meer op een afstandje. Bij de workshop over open textbooks van de werkgroep educatie was echter nog plek genoeg. 

En laat dat nou een van mijn hoofdonderwerpen zijn: dit jaar zijn we, samen met onze University Press, begonnen met een pilot op het gebied van open textbooks. We mogen een jaartje meeliften op de licentie van de University Press van Groningen (zie hier de site) om te kijken of het iets voor ons is en er bij onze docenten überhaupt behoefte aan is. Op dit moment hebben we drie projectjes lopen van docenten die heel graag een open textbook willen maken. Fijn dus om ergens op Europees niveau je licht te kunnen opsteken over dit onderwerp.

En kennis te maken met de leden van de Educational Resources werkgroep van LIBER.

Tijdens de workshop werd ingegaan op de mogelijkheden van het zichtbaar maken van open textbooks in de verschillende discoverysystemen die de universiteitsbibliotheken gebruiken (eigenlijk gewoon een kwestie van opzoeken een aanvinken, al gaat dat bij het ene systeem makkelijker dan bij het andere; soms is overleg met de uitgever nodig en hoe meer UB's ze aan de kop zeuren, hoe eerder ze geneigd zullen zijn de textbooks beter vindbaar te maken).

Het tweede deel van de workshop ging over het gebruik van open textbooks. Wat houdt de docenten tegen om open textbooks te gebruiken (resultaat van een survey onder Europese universiteitsbibliotheken)? Met stip op nummer 1: ze hebben liever een gedrukt boek als textbook, al snel daarna gevolgd door: ze zijn niet zeker van de kwaliteit van het materiaal.

Dat (plus de andere argumenten) komt op zich bekend voor.

En aangezien het een workshop was, werden we in groepjes verdeeld en moesten we bekijken of dit voor onze faculteiten ook gold. Dat werd beaamd, maar er kwamen meer redenen bij, bijvoorbeeld van een vakspecialist van een Medische Bibliotheek in Italië: zij bracht naar voren dat de studenten op de medische faculteit het een probleem vonden dat de open textbooks voornamelijk in het Engels werden aangeboden; zij hadden liever tekstboeken in hun eigen taal - medische studenten! Dat bevreemdde me toch wel, maar een bibliothecaris uit Oost-Europa beaamde dat dat in zijn land ook zo was. Dat vond ik best opvallend. 

Een ander bracht in dat - als men overgaat van een commercieel naar en open textbook - de inhoud van de cursus veranderd moet worden en dat dat veel te veel werk zou zijn. Dat leek me op zich wel een steekhoudend argument, al wees iemand anders erop dat hij het ook wel eens andersom had zien gebeuren: dat het textbook aan de (te geven) cursus werd aangepast en wendbaar meevloeide met de nieuwste inzichten; dat klonk mij meer als muziek in de oren en dat is ook het fijne van open tekstboeken, dat je ze voortdurend kunt actualiseren en niet hoeft te wachten op een nieuwe druk.

Hieronder een paar dia's met citaten en aanbevelingen voor wat bibliotheekmedewerkers zouden kunnen doen om (het gebruik van) open textbooks te promoten:


Ik zou zeggen: aan de slag!



dinsdag 23 juli 2024

De universiteitsbibliotheek in Nicosia

Een congres zonder excursies, en dus netwerkmogelijkheden, is geen volwaardig congres, en zo ook de LIBER niet. Naast een geweldig congresdiner meteen de eerste dag al op de heuvels van Afrodite (met een tussenstop bij de opgraving van Kourion) en een welkomstreceptie bij de carob mill de volgende dag, werd het congres afgesloten met maar liefst een hele dag Nicosia. In Nicosia, de hoofdstad van Cyprus, zouden we de universiteitsbibliotheek en het archeologisch museum bezoeken.

Van tevoren dacht ik 'ach, dat bezoekje aan de UB van Nicosia overleven we wel, als we daarna maar fijn naar het archeologisch museum kunnen!' Maar dat was buiten de prachtige UB gerekend; misschien was die bibliotheek eigenlijk wel het hoogtepunt van de dag.

Het is een vrij nieuwe bibliotheek, 5 jaar geleden geopend en ontworpen door de Franse architect Jean Nouvel. Het gebouw doet denken aan een heuvel, waardoor-ie mooi opgaat in de omgeving, al lijkt het in de verte ook wel op een kerncentrale die nog niet af is, met name door het groene gaas dat rondom een gedeelte van het gebouw gespannen is. Later legde de adjunctdirecteur uit dat daar eigenlijk planten doorheen moesten groeien, zodat het nóg meer op een natuurlijke heuvel zou lijken, maar dat alle beplanting tijdens de COVID-periode dood was gegaan en er nu geen geld was om deze opnieuw aan te schaffen. Eeuwig zonde, maar wie weet gebeurt er nog een wonder en trekt Bill Gates zich hier wat van aan of zo.

En dan de binnenkant. Die draait zich als het ware om een enorme kegel, die met het licht meekleurt, heen. Beneden is het wat kaal en donker, zodat je niet afgeleid wordt en je je helemaal op de inhoud kunt richten. De enige elementen die kleur aan de benedenverdieping(en) geven zijn de boeken.


Op de begane grond van het gebouw bevindt zich ook een kinderafdeling, iets wat ze op Cyprus heel belangrijk vinden, omdat er nog niet echt een bibliotheekcultuur op het eiland heerst.


En aan de tekeningen te zien zijn ook de kinderen onder de indruk van het interieur van de bibliotheek.

Een gedeelte van het gebouw is 24/7 open en er zijn ook hokjes waar je met groepjes kunt overleggen. In het begin mocht je eten meenemen en bestellen, maar dat liep een beetje de spuigaten uit, vooral tijdens de nachten die meer op feesten begonnen te lijken, dus dat hebben ze maar gauw teruggebracht tot het meenemen van flesjes water.

Een grappig detail is verder dat ze in de kelder een tijdscapsule hebben aangebracht met een boodschap voor het nageslacht.


Zo, en dan met de lift naar boven.


Daar is het licht, daar is het 360 graden uitzicht, daar staat de piano, daar mag je worden afgeleid, al staat de piano meestal toegedekt, omdat die af en toe te véél afleidde.


Want uiteindelijk is het hier toch de bedoeling dat je hier studeert. En je ook niet te veel laat afleiden door de enorme Turkse vlag die aan de noordkant uitdagend hangt te wapperen.

Het was bijzonder om hier met zo'n Europees gezelschap te zijn. Op een gegeven moment kwam het gesprek - dat is onvermijdelijk op Cyprus - op bezettingen en grensconflicten. De directeur van de bibliotheek in Dublin, die overigens van huis uit Brits is en mooie verhalen kan vertellen over het Book of Kells, zag veel overeenkomsten met Noord-Ierland (en meer actueel Oekraïne), en ook de Engelse Pakistaan voelde met de Cyprioten mee. Maar in Duitsland was het gelukkig allemaal goedgekomen, stelde men tevreden vast, dus het kán wel. Die hoop boorde de Duitse collega wel enigszins de grond in: ook in Oost-Duitsland is nog veel werk te verzetten; zij voelen zich daar nog steeds achtergesteld en stemmen daarom niet voor niets massaal op de AFD. 

Er is nog veel werk te verzetten.

maandag 22 juli 2024

In de prijzen


Prijzen winnen is altijd leuk, vooral als je niet eens weet dat je aan een competitie meedoet. Dit laatste overkwam mij twee weken geleden op het LIBER-congres: ik had de tweede prijs gewonnen in de competitie #liberreads. Op X werd je aangemoedigd om te delen welk boek je op weg naar het LIBER-congres - en dat maakt het een echt boekencongres - aan het lezen was. Helaas zag ik dat berichtje pas toen ik al op de plaats van bestemming was aangekomen, dus ik dacht 'ik maak er een strandfoto van', dat is ook een soort van (mentaal) op weg naar LIBER.

Zo gedacht zo gedaan. En wie schetst mijn verbazing dat op de afscheidsceremonie mijn strandfoto levensgroot in beeld kwam omdat ik de tweede prijs gewonnen had in de categorie #liberreads.

Wat een verrassing! De prijs zou me achteraf toegestuurd worden en bleek een cadeaubon van 25 dollar voor het platform Better World Books te zijn. Gratis shoppen in een bookshop en dat voor een boekenwurm! Maar ja, wat te kiezen? De eerste auteursnaam die in me opkwam was Ali Smith, en wel omdat die steevast in de onvolprezen seizoensleestips van mijn humanioracollega's voorkwam. Ja, voorkwám, want je kunt niet iedere keer met dezelfde auteurs aankomen natuurlijk.

Zo besteld, zo binnen en nu heb ik lekker Spring en Winter van Ali Smith in mijn vakantieleesvoorraad zitten.

Dankzij LIBER en mijn lieftallige humanioracollega's.

En voor jullie: hierbij een aantal geweldige zomerleestips van diezelfde club.

zaterdag 20 juli 2024

Hendrica

Het leek zo'n goed idee van m'n ouders om in m'n doopnamen m'n oma te vernoemen. Helaas alleen dat de vernoeming met een H (Hendrica, naar Riek) begint, en niet met een M (Monique). In afkortingen ben ik dan ook een H.Schoutsen, in plaats van de M.Schoutsen die ik in werkelijkheid ben, waardoor ik mezelf af en toe niet herken..

Dat is bijvoorbeeld de harde werkelijkheid met e-mailadressen, maar ook - en dat is veel kwalijker - op vliegtickets. Want op vliegtickets moet je je eerste doopnaam opgeven, het moet in ieder geval overeenkomen met de gegevens op je paspoort, en daar heet ik Hendrica Maria, H.M. dus. Waarom heet ik niet Maria Hendrica? Dat zou al wat identiteitsproblemen opgelost hebben, want dan was ik alsnog M.Schoutsen. Mijn ouders hadden mij ook gewoon Maria kunnen noemen, maar dat vonden ze misschien te christelijk. Monique klinkt natuurlijk veel exotischer, hoewel ik deze naam met veel, heel veel generatiegenoten deel.

Maar terug naar dat vliegticket.

Sinds dit jaar mogen we op het werk onze congressen niet meer zelf boeken, maar moeten we dat verplicht via een reisbureau doen, dat zou gemakkelijker zijn en ons enorm veel tijd besparen. Wishful thinking van het management. Tot nu toe heeft het me alleen maar meer tijd gekost. Vooral omdat ze mijn gegevens niet goed hadden overgenomen. Op de vliegtickets hadden ze als voornaam - je raadt het al - in plaats van Hendrica Monique doorgegeven. En daar kwamen ze bij het inchecken pas achter. Ik kon dat ter plekke laten veranderen, maar dat ging wel geld kosten. Honderdvijftig euro. Wááát? Ja, en dan kon ik nog van geluk spreken, want ze hadden me ook gewoon de vlucht kunnen ontzeggen en dan had ik helemaal met lege handen gestaan. Oké, doe dat maar dan. Honderdvijftig euro voor een administratieve rechtzetting. Duur doopnaampje, vooral omdat het mij zelf een jaar of tien ook overkomen was. Nee, zo'n fout maak je maar één keer en van een reisbureau verwacht je zéker niet dat ze zo'n fout maken.

De volgende dag heb ik meteen het reisbureau de huid vol gescholden gemaild dat ze een fout hadden gemaakt en gevraagd hoe ze dat met het retourticket hadden gedaan. Dezelfde fout gemaakt natuurlijk. Met excuses: dat werd een heel nieuw ticket kopen. Ongelooflijk.

Het wordt onderhand goedkoper om mijn naam bij de gemeente te laten veranderen. Weg met die Hendrica!

Maar ja, dat kan ik m'n moeder en oma natuurlijk niet aandoen. Of ben ik nu te sentimenteel?

donderdag 18 juli 2024

Mijn eerste LIBER-congres


Het jaarlijkse LIBER-congres zou dit jaar in Limassol (Cyprus) plaatsvinden. Ik heb lang getwijfeld of ik wel zou gaan: eigenlijk vind ik vliegen veel te vervuilend en ik was bang dat er net als een aantal jaar geleden weer bosbranden zouden uitbreken. 

Wat met uiteindelijk over de streep heeft getrokken weet ik ook niet meer, vermoedelijk toch het interessante programma en de roep van Cyprus, eiland van Afrodite, om het eiland eens te komen verkennen. 

O ja, en in januari hadden we als ENOEL een paper ingediend, die weliswaar goed beoordeeld was, maar we niet in de vorm van een workshop mochten aanbieden. Wel als poster, maar dat vond de community leader geen goed plan.


En het viel niet tegen! Het was weliswaar loeiheet, maar er waren geen bosbranden en mijn hotel lag aan het strand met alleen een schaduwrijk bomenperkje ertussen, had bovendien een prachtig zwembad en voldoende airco.

De sessies waren interessant en er waren prachtige recepties, diners en excursies gepland. En wat een mensen heb ik weer ontmoet, uit heel Europa en zelfs daarbuiten. En dit keer niet alleen informatiespecialisten, maar ook directeuren en uitgevers; dat is wel een verschil met de ECIL-congressen die ik normaal bezoek. Ook waren er opmerkelijk meer collectiespecialisten klassieke talen en archeologie - ook wel eens leuk om met de Europese evenknieën te praten over het vak.

Er waren veel sessies over AI en Open Science, maar/en ook over inclusiviteit en de waarde van het gedrukte boek. Een mooie balans dus.

Ach, en die koffer die een dag te laat kwam, de vliegreis die ineens geannuleerd werd, de naam op het ticket die niet klopte en de aansluiting die niet klopte: dat vergeet je uiteindelijk allemaal. 

Denk ik.

zondag 19 mei 2024

'Waarom hebben mensen toch zo'n hekel aan vissers?'


Vroeg de sportvisser mij toen hij zo'n beetje de hele baai van onze plas waar altijd suppers en surfers aan- en afmeren, had bezet met z'n hengels en andere vissersspullen.

Hij had mij net gevraagd of ik wilde gaan suppen, maar dat leek me nogal duidelijk omdat ik mijn sup op het gras had gelegd en ik me aan het omkleden was.

'Ja, dat klopt, als ik er straks langs kan', antwoordde ik hem.

Dat had hij blijkbaar opgevat als een passief agressief antwoord en ik paaide hem een beetje door te zeggen dat mijn man ook wel eens viste. Dat stelde hem blijkbaar gerust; ik was niet zo'n erge havermelkelitetrut als hij blijkbaar dacht. Vrouwen die een man hebben die ook wel eens vist kun je als een van ons beschouwen.

'Wacht, ik leg deze hengel wel even opzij. Zal ik je er even op helpen?'

Zo ver wilde ik de vriendschap nou ook weer niet laten oplopen, dus ik zei dat dat niet hoefde.

Toen ik terugkwam van mijn rondje, was hij net bezig om z'n spullen op te ruimen. 'Ik gooi de vissen altijd terug hoor!' zei hij, alsof mij dat iets uitmaakte.

'Hoe duur is zo'n sup eigenlijk?' Ik zei dat dat ervan afhing, en dat je ook sups met stoeltjes kunt kopen en zo. 'Stoeltjes? Maar dan zou ik er ook op kunnen vissen dus?' 'Ik heb het nooit geprobeerd, maar waarschijnlijk wel ja.'

Iets in mij zegt dat we er binnenkort een nieuwe supper bij hebben op de plas. Met hengel. 

Blup!

zaterdag 30 maart 2024

Mijn week in podcasts


Nu ik in mijn revalidatieproces zit, heb ik volop tijd om boeken te lezen, radio te luisteren en televisie en Netflix te kijken. En podcasts te luisteren.

Ik kan inmiddels ook echt uitkijken naar nieuwe afleveringen van podcasts die ik volg. Maandag is wat mijn podcasts betreft een rustige dag. Natuurlijk start ik net als elke doordeweekse dag even op met Weer een dag, maar verder biedt het niet heel veel speciaals. Ja, Boekestijn en De Wijk voor het duistere oorlogsnieuws en wat losse podcasts van landelijke dagbladen.

Nee, dan de dinsdag. Dan is het Rare jongensdag: de podcast waarin Olivier Hekster een thema dat in de Romeinse tijd speelde, maar ook in de moderne tijd nog actueel is, bij de horens vat. Je moet hierbij denken aan boerenprotesten, racisme, hooligans en feminisme.

Woensdag is er gewoontegetrouw een aflevering van de onvolprezen podcastreeks de Oudheid van Timo Epping; die zet ik dan meteen ook op 'mijn' community Geschiedenis van de Oudheid en Middeleeuwen als Open Educational Resource op het nationale leermiddelenplatform edusources. Tja, is dat nou werk of hobby? Jij mag het zeggen.

In ieder geval staat er die dag ook altijd een aflevering van Lia van Bekhovens Britten klaar.

En dan donderdag: dan is er altijd een aflevering van Europa draait door. Dat is eigenlijk altijd smullen. Op informele en luchtige wijze ben je na het beluisteren van dat uurtje weer helemaal bijgepraat over de capriolen van ons mooie continent Europa (inclusief muziek).

Vrijdag is de dag van de politieke podcasts. Dan luister ik altijd naar De Stemming van het olijke duo Xander van der Wulp en Joost Vullings. En als tegenwicht/aanvulling De kamer van Klok van de Volkskrant.

De zaterdag is er voor de taal met De Taalstaat, extra fanatiek beluisterd sinds ik er een keer in opgetreden heb.

En zondag is natuurlijk rustdag, dus bakkie koffie en praten met en luisteren naar familie en vrienden.

Ook jullie heel fijne Paasdagen gewenst. Lekker luisteren naar elkaar!

dinsdag 5 maart 2024

Complimenteuze kamergenoten


Als je voor een wat grotere operatie in het ziekenhuis terechtkomt, krijg je op een gegeven moment kamergenoten. Ik nu dus ook weer. Had ik er de vorige keer nog één, dit keer maar liefst drie. En ze waren niet eens allemaal aan hun heup geopereerd!

Eentje wel, de vrolijke Miep van 91, die door een onfortuinlijke val een heup gebroken had. De prothese welteverstaan, want ze had al twee kunstheupen. Hmmm, niet fijn om te weten dat die ook kunnen breken...

Verder werd de kamer bevolkt door een eveneens vrolijke man van rond de vijftig, die zijn enkel gebroken had. Hij hield van voetbal en zong veel. Praten deed hij ook graag; hij had een bewogen leven gehad.

En dan was er nog een jongeman van rond de dertig, die een infectie had opgelopen toen ze zijn schouder opereerden - in het najaar, een half jaar geleden nota bene! 

Gelukkig ben ik geen pessimist, maar je zou er wanhopig van kunnen worden als je zo om je heen ziet wat er allemaal mis kan gaan bij zo'n operatie. Vooral toen er de tweede dag in de plaats van de vrolijke vijftiger een man werd binnengereden wiens heup enkele dagen daarvoor was geopereerd waarbij een wondlek was ontstaan; de operatie moest over....

Maar als je je daar even niet zo druk over maakt, kun je veel plezier beleven aan je kamergenoten. Heerlijk om de mannen zo enthousiast te zien worden van de halve bekerfinale die NEC toch maar mooi won. Alle pijnen en pijntjes waren prompt vergeten en iedereen viel tevreden in slaap na die wedstrijd met gratis commentaar.

De volgende dag vertrok na de vrolijke vijftiger ook de coole dertiger; hij had een boodschap voor ons, de dames. Dat hij zo onder de indruk was van ons geweest, dat wij niet de hele nacht gekermd hadden van de pijn. De heren die vóór ons in de kamer hadden gelegen en ook een heupoperatie hadden gehad, hadden dat namelijk wel gedaan. 

Zo. Die konden we in onze zak steken. Of is dat een raar woord in dit verband?

maandag 4 maart 2024

Open education week


Het is deze week Open Education Week en Nederland zal dat weten ook! Op alle universiteiten, hogescholen en MBO's (van middelbare scholen weet ik het eigenlijk niet) worden activiteiten georganiseerd.

Dit jaar hebben wij als Open Education Team op de Radboud niet heel veel activiteiten ontplooid (onder andere omdat ik weer onder het mes moest, nu voor de andere heup) maar een verzoek aan het onafhankelijk magazine van de Radboud Universiteit om deze week aandacht aan dit belangrijke thema te besteden resulteerde in een interview met collega Jeroen Bos en mij.

Misschien dat dat uiteindelijk nog wel meer aandacht genereert dan ons fysieke standje van vorig jaar


zondag 25 februari 2024

Lustrum sodalicium classicum

 


Het Sodalicium Classicum, de studievereniging van de opleiding Griekse en Latijnse Taal en Cultuur, bestaat dit jaar 95 jaar. Tijd voor allerlei feestelijke activiteiten, waaronder een symposium, waarbij alle oud-sodales welkom waren. Of ze in groten getale kwamen opdagen? Nou, eigenlijk niet, misschien waren ze niet breed aangeschreven. Zelf weet ik niet meer zo precies hoe wij van dit symposium op de hoogte waren gekomen, misschien via Instagram of een alumnimail of zo, maar we hebben elkaar er op gewezen en zijn er met een kleine afvaardiging (hoera voor het beginjaar 1986!) heengegaan.

Het was grappig om als eiland van oud-studenten te midden van studenten, net afgestudeerden, stafleden, presentatoren, (oud)docenten en sponsoren te verkeren. Maar het plezier was er niet minder om; ook wij hadden elkaar een tijdje niet gezien en het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis is een sfeervolle plek.

Naast koffie, thee, lunch en fruit (en borrel na) waren er ook lezingen, vijf maar liefst! Het thema van al deze lezingen was spiegels.

In de eerste lezing (door Ruurd Halbertsma van het Rijksmuseum der Oudheden) werd dit thema heel letterlijk genomen; ze ging over Etruskische spiegels en hoe daar vrijelijk met de Grieks/ Romeinse mythologie om werd gegaan, en niet alleen met de mythologie, maar ook met elkaar. In vergelijking met die Etrusken waren die Grieken en Romeinen maar een preuts volkje! We leerden er zelfs een nieuwe term: anasyrma. En toen was het nog maar elf uur in de ochtend!

De volgende lezing werd gegeven door de Radboudiaanse Bé Breij en ging over Sophistopolis (griezelkabinet of lachspiegel?), een parallelle fantasiewereld die in de hellenistische tijd ontsproten was aan een verzameling fictieve aanklachten en verdedigingen in verzonnen rechtszaken, die niet zelden handelden over heikele onderwerpen als magie, moord, kannibalisme of rare seks. Nou, die kwam ook wel even lekker binnen zo vlak voor de lunch - het stukje over de ergste fantasie-uitspattingen op het gebied van kannibalisme had Breij dan ook maar niet vertaald om ons te sparen. Eén van de vragenstellers vroeg haar uit nieuwsgierigheid dat tóch voor ons te doen. Wij oudgedienden keken elkaar aan van 'maar dat Latijn kunnen ze toch gewoon lezen, het zijn classici!'. Tja, het niveau zal wellicht dan toch wat gedaald zijn de afgelopen 30 jaar...

De eerste lezing na de lunch werd gegeven door onze jaargenote Angelique Notermans, een jaloersmakend verhaal over een prachtige Romeinse villa op Sicilië (Piazza Armerina) waarvan de mozaïekvloeren bijzonder goed bewaard zijn gebleven. Het bracht ons in vakantiestemming.


Maar lang konden we daar niet blijven, want daar diende Ronald Blankenborg zich aan. Hij deed zijn voordracht - waar maak je dat nog mee? - helemaal zonder powerpoint, want hij wilde dat we vooral zouden gaan luisteren en wel naar antieke poëzie. Versmaten. Hij begon met het uitleggen van dochmische metriek aan de hand van O sole mio ('durfde iemand dat eens voor ons te zingen?' Ja, warempel, de hoogleraar Grieks, op indrukwekkende wijze). Het was herkenbaar, behalve dat er bij ons nooit gepraat werd over 'sound-triggering' en 'category-triggering'. Ook het denken over het Griekse metrum ontwikkelt zich blijkbaar.

En als laatste nóg een Leidse gast: Willemaal Waal, directeur van het Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten. Zij spiegelde het Lineair B (Myceens en dus westers) met het Hittitische schrift (uit Anatolië en dus oosters). Naast anders van vorm waren ze ook zeer anders van inhoud. Interessant, hier hoor je niet elke dag over. En het Lineair A blijkt nog steeds niet geheel ontcijferd te zijn. Zelf spiegelde ik mijn leerlingen altijd voor dat zij (mits ze goed zouden opletten) misschien later wel het Lineair A zouden kunnen ontcijferen; zij zouden er dus nog steeds eeuwige roem mee kunnen verwerven.....

Al met al een heerlijk nostalgisch dagje. Over vijf jaar zijn we er weer bij, hopelijk vergezeld van meer oud-oudstudenten!


zondag 28 januari 2024

Marta Bustillo en open education (online workshop)


Sinds vorig jaar is de ENOEL (European Network of Open Educational Libraries) begonnen met het geven van online workshops. De eerste drie gingen over het maken van open textbooks, en deze workshop was een inleiding in open educational resources. Hij werd gegeven door Marta Bustillo, de digital learning librarian van het University College in Dublin. 

Marta heeft al eerder bij de ENOEL opgetreden bij de serie Under the Spotlight, waarin ze zich voorstelt en vertelt hoe ze op het pad van open education is gekomen.

Uiteraard begon ze deze 'workshop voor beginners' met het opnoemen en uitleggen van de 5 R's van David Wiley ('de bijbel van de open educational resources'). Vervolgens ging ze in op hoe je OER-librarian kunt worden. Zij onderscheidt hierbij vier manieren waarop je kunt bijdragen (en raadt aan in het kader daarvan ook deze infographic te bekijken):

1. het vindbaar maken van OER (door het te metadateren en op te nemen in bibliotheekcatalogi)
2. het maken van OER (bijvoorbeeld op het gebied van informatie- of digitale vaardigheden)
3. het faciliteren van docenten (ondersteuning bieden aan docenten bij het maken of hergebruiken van OER)
4. het werken aan de bewustwording en verspreiding van OER op je instelling (bij docenten, maar vooral ook bij beleidsmakers etc.)



Bij het hergebruiken van OER had ze de volgende tip: let op kwaliteit, actualiteit, relevantie voor de doelgroep en welke licentie er is gebruikt. En kijk voor het zoeken naar OER-materialen naast Merlot en OER Commons (beide Amerikaans) ook eens bij OERSI, waar je materiaal in meer talen vindt.

Bij het maken van OER had ze de volgende tips: kijk eens op deze websites: Creating OER – OER and OEP for Teaching and Learning en het UDL framework. Als je samen aan OERs werkt (cocreatie) krijg je betere resultaten: experts kunnen elkaar aanvullen. Let dan wel op de balans in de groep. Wat helemaal een goed idee is: werk samen met studenten aan onderwijsmateriaal; zij weten beter wat de jongvolwassene nodig heeft of aanspreekt. Let op er bij het creëren van OER-materialen ook op dat je geen propriëtaire software (zoals bijvoorbeeld Article Rise of H5P) gebruikt, omdat die niet te naar eigen behoefte is aan te passen door anderen die er geen licentie op hebben.

Welk platform kies je als je gaat publiceren? Goede voorbeelden zijn volgens haar:
- Zenodo
- Humanities Commons
- OER Commons



Ter illustratie noemde ze een voorbeeld van een Open Educational Resource die ze samen met studenten bij de University College in Dublin (UCD)  ontwikkeld heeft en heel goed her te gebruiken is: Monitoring your online identity.

Momenteel werkt ze aan een online cursus digital skills for succes in the workplace; deze zal naar verwachting in februari klaar zijn.

Het openbaar maken van online modules die je in Brightspace of Canvas gemaak hebt, kun je ook publiceren in een 'commons part'.

Voor een overzichtelijke site op het gebied van copyright wees ze op een onderdeel van de mooie OER Toolkit van de zogenaamde White Rose Libraries (Sheffield, Leeds en York): Creatieve Commons licences. Een goed bruikbare website is ook de recommended practices for attribution van de creative commons wiki.

Ze eindigde met een Padlet van mooie OER-bronnen die we mochten aanvullen en natuurlijk heeft de Nederlandse delegatie die bij de workshop aanwezig was Neerlands trots edusources aan die collectie toegevoegd.

Een goed bestede anderhalf uur, ook als je denkt dat je ALLES al weet op het gebied van open educational resources en practices; het is weer even de puntjes op de i zetten.

De opname vind je hier en de powerpoint met alle links hier.

De planning voor de volgende OER workshops (onder voorbehoud):

WS#5 Embrace the Open: Searching for/finding OER (7 MAR 2024) with Evi Tramanza and Kathryn Briggs (+ LIBER WG member as a guest?)

WS#6 Embrace the Open: (Re-)using and Creating OER (19 MAR 24) with Zuzana Stozicka
WS#7 Embrace the Open: Sharing OER (11 APR 24) with Marta Bustillo, Kamila Kokot-Kanikula, Peter Utnes 
WS#8 Embrace the Open: OER as Open Education Pedagogy (6 MAY 24) with Yvonne Klein

dinsdag 9 januari 2024

Romeins bad


Als classica en winterzwemster kon ik het natuurlijk niet laten: een nieuwjaarsduik in het pop-up Romeinse bad op de Grote markt in Nijmegen.

Naast de belofte van een frisse duik in een Romeinse omgeving was ik ook gelokt door de toezegging dat de eerste 300 deelnemers een muts zouden krijgen en kans zouden maken op één van de 20 badslippers of 25 vrijkaarten voor een ontspannen dagje uit bij Sanadome. Wie wil dat nou niet?

Dus ondanks de regen hing ik op nieuwjaardag om half twaalf 's ochtends snel mijn kleren aan de kapstok bij het Romeinse bad en plonste ik heerlijk het verfrissende water in. De temperatuur van het water viel me niet tegen: een makkie. "Waar kan ik nu mijn muts halen?" vroeg ik de man in Romeinse kledij, toen ik me weer in mijn kleren had gehesen.

"Daarboven, op de eerste verdieping van de Waag; je kunt gewoon de buitentrap gebruiken. Er is ook een omkleedruimte daar."

En inderdaad, daar kreeg ik mijn mooie blauwe Winterwekenmuts. "En hoe maak ik nu kans op de badslippers of Sanadomebon?"

"Daarvoor moet je muntjes voor opduiken in het Romeinse bad." 

"Maar daar kom ik net uit!" 

Wat bleek nou? Ik had me bij de Waag moeten omkleden en daar de instructies vooraf moeten krijgen.

Hmmm, kleine domper op het feestje; ondanks mijn enthousiaste stemming voelde ik er weinig voor om nóg een keer het koude water in te duiken. Dan maar geen bon(us).

Carpe annum!

vrijdag 5 januari 2024

Informatievaardigheden en het gevoel


Sorry mensen, ik loop door omstandigheden een beetje achter met het maken van verslagjes over de ECIL-conferentie van oktober. Hierbij nog een stukje dat niet mag ontbreken.

Een mooie en duidelijke presentatie op de ECIL was die van Ellen Nierenberg, die haar PhD deed in Tromsø (Noorwegen). Via Facebook (sinds onze Erasmusuitwisseling naar die stad) zijn we namelijk vrienden) had ik er al iets van meegekregen - ze hield een weblog bij over haar onderzoekservaringen en deelde haar posts daar - maar ik was natuurlijk weer te lui om de dissertatie in z'n geheel te lezen.

Voordat zij aan haar proefschrift begonnen was, wist ze al dat ze niet tevreden was met de vigerende definitie van informatievaardigheden; ze vond dat er een aspect miste, namelijk het gevoel/ de emotie bij het zoeken naar en beoordelen van informatie. Zij vindt dat het moet gaan om de trits kennis, vaardigheden en houdingen (met andere woorden weten, doen en voelen).

Tevens was ze niet tevreden met de bestaande meetmethoden, dus ook die heeft ze zelf ontwikkeld. Ze heeft vragenlijsten uitgestuurd met als belangrijke factor interesse, omdat dat een belangrijke indicator is voor de 'leerzin' en dus het succes van de cursussen. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt namelijk dat hoe gemotiveerder de student is, des te meer de interesse in de stof blijft bestaan, onafhankelijk van de situatie.

De groei of afname in de loop van de jaren van de verschillende aspecten die ze onderscheiden heeft (weten, doen en voelen) heeft ze ook gemeten. De conclusie was dat er zowel bij alle aspecten afzonderlijk als ten opzichte van elkaar groei waarneembaar was en dat de aspecten tevens steeds meer in elkaar grepen. Dat proces heet transformatief leren (de transformatie gebeurt in de steeds groter wordende overlap van de verschillende aspecten).

In de latere fase van haar onderzoek heeft ze ook het aspect 'kritische reflectie op jezelf' toegevoegd: 'voel je je nog dezelfde persoon als vóórdat je deze kennis had verworven?' Daarbij doelde ze onder andere op vertrouwen, wat immers ook een gevoel is. 

Eén van de vragen bij deze vragenlijst was of het ook een kwestie van leven of dood zou kunnen zijn of je deze kennis (de informatievaardigheden dus) bezit en het antwoord was verrassend vaak: ja!

Benieuwd geworden? Lees hier haar thesis.