zondag 6 oktober 2019

Column in de Informatieprofessional


Toen een van de redacteuren van de Informatieprofessional (het vakblad voor informatieprofessionals) me vroeg een column te schrijven voor het blad, aarzelde ik geen moment, en ik wist ook meteen het onderwerp al: de luxe waarmee studenten zich tegenwoordig omringd weten in bibliotheken. Is dat nou zo nodig en wat zegt dat over deze tijd? Dit is hem geworden (en sommige collega's met een abonnement op het tijdschrift hadden 'm al gespot; oud-collega HK heeft er zelfs een foto (zie hierboven) van gemaakt en deze op Twitter geplaatst. Wat een heerlijk snel medium is dat toch...).

Luxe studenthouderij

Studenten van nu hebben het zwaar. Veel zwaarder dan wij vroeger. Zij zijn de zelfbenoemde slachtoffers van het neoliberalisme; ze moeten in zo kort mogelijke tijd afstuderen, en daar nog voor betalen ook.

Investeren in jezelf, zoals dat tegenwoordig zo mooi heet. Dit betekent dat er in tentamentijd lange rijen voor de bibliotheken staan, want men wil alle toetsen halen, en graag in één keer. Een herkansing betekent studievertraging en dus misschien wel duizenden euro’s extra studieschuld. De student wil zich derhalve maximaal op de tentamens kunnen focussen en dat kan nu eenmaal het best in de bibliotheek. Want daar heb je geen afleiding.

Hoewel, tegenwoordig zit je met een laptop te studeren, waardoor de kans op afleiding levensgroot is. Maar het feit dat je in een deftige ruimte omringd door boeken zit en iedereen om je heen zit te blokken, maant je ertoe om je over de tentamenstof te buigen en niet lekker een Netflixserie te kijken. Want dan voel je je maar bekeken – en wie wil nou te boek staan als een flodderstudent? Je moet immers tegelijkertijd óók aan je latere netwerk werken. En daarin wil je wel serieus genomen worden. Een medestudent kan in de toekomst zomaar iemand zijn die je moet aannemen.

Om het leed van studenten te verzachten willen bibliotheken best wat comfort bieden, en niet alleen in de vorm van studieboeken en -plaatsen. Nee, denk ook aan ruime openingstijden tot wel diep in de nacht, massagestoelen en slaapcabines, magnetrons, kleurplaten, gratis koffie, kamertjes met zachte stoelen, kussens en spelletjes, silent disco’s en natuurlijk dierenknuffelkamers. We geven tegenwoordig zelfs de plantjes van studenten water in de vakantie (die moeten ze wel zelf meebrengen, maar dat verhoogt de gezelligheid).

Dertig jaar geleden zou men ons hierom uitgelachen hebben. Een stapel boeken, een houten stoel en een leestafel kon je als student krijgen, en daarmee basta. En we haalden onze tentamens heus wel. Oké, we deden er misschien iets langer over. Maar wij hadden dan ook geen Starbuckskoffie om onze spirits mee te verhogen. Wij lazen Serieuze Literatuur en de Krant zonder croissant. Dat was voor ons ruim voldoende.

Helpen wij als bibliotheken om het neoliberalistische systeem in stand te houden door het maximaal te faciliteren? Nee, wij laten juist zien dat er ook nog zoiets als menselijkheid bestaat in deze harde wereld en misschien is dat wel het allerbelangrijkste dat we te bieden hebben. Naast boeken dan, tegenwoordig zelfs als kamerscherm, zonder kettingen en niet alleen meer in druk.


Geen opmerkingen: