Lezingen die beginnen met een vraag zijn eigenlijk het leukst om te bezoeken; je zit er meteen lekker in. Tijdens het ECIL-congres waren dat er twee.
De een begon met: 'Waar denken jullie dat er meer van zijn, vogelsoorten of referentiestijlen?'
Hmm, dat was een moeilijke vraag, de meesten dachten vogelsoorten. Mispoes, dat bleken toch referentiestijlen te zijn. Meer dan tienduizend! Het was het begin van de lezing "Who cares?" Defining citation style in scholary journals. De sprekers vroegen zich af waarom er toch zo enorm veel referentiestijlen zijn en waarom de wetenschappers zichzelf (en de studenten) daar zo'n last hebben bezorgd. Alsof ze niets beters te doen hebben!
Om het antwoord hierop te vinden hebben ze een onderzoek uitgevoerd en in SCOPUS gekeken welk land er het meeste publiceerde. We mochten wederom raden. De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk hadden we al snel, maar dat het derde land Nederland was? Daar was niemand opgekomen. De reden is waarschijnlijk omdat er relatief veel grote uitgeverijen als Elsevier in Nederland zijn. Verder hebben ze gekeken of de wetenschappers meer in hun eigen taal of het Engels hadden gepubliceerd. Qua Tsjechië en Litouwen (waar de onderzoekers vandaan kwamen) bleek dat ongeveer 60% te zijn.
En de vakgebieden dan? Was daar iets zinnigs over te vertellen? Wat Tsjechië en Litouwen betreft wel: het eerst land bleek voornamelijk artikelen op het gebied van landbouw te produceren, terwijl het tweede land zich het meeste bleek te richten op de sociale en geesteswetenschappen. In algemene zin worden de meeste artikelen op het gebied van de medische wetenschappen gepubliceerd.
Ook was bekeken of het scheelde of de artikelen al dan niet in Open Access waren verschenen. Voor Tsjechië en Litouwen bleek dat er relatief veel in (diamand) open access verscheen.
In Tsjechië was de ISO-stijl dominant, voor de rest 'unnamed' en APA. De 'unnamed' kwam het meest voor in de natuur- en medische wetenschappen.
Naar de uitgevers is nog niet in detail gekeken; dat staat nog open voor vervolgonderzoek.
De conclusie luidt dat de huidige situatie met zo veel referentiestijlen in ieder geval niet werkbaar is en een harmonisatie daarvan zeer welkom zou zijn, maar wie gaat dat organiseren? De uitgevers in ieder geval niet, die interesseert het blijkbaar niet en de Open Access journals vragen vaak niet om een bepaalde stijl, wel om een DOI. In Tsjechië wordt relatief minder vaak met DOI's gewerkt.
Om de 'unnamed styles' te duiden hebben ze tijdens het onderzoek ChatGPT gebruikt. Die stijlen bleken vaak varianten op bekendere stijlen te zijn.
De voorzitter (een onderzoekster) merkte op dat het schrijven in een andere referentiestijl voelt als het huren van een auto, namelijk dat je eerst een tijdje stress ervaart omdat je de auto en alle knopjes nog moet leren kennen, maar dat het daarna wel begint te wennen, hoewel het nooit echt natuurlijk aanvoelt en je liever in je eigen auto rijdt.
De tweede lezing die met een vraag begon was getiteld Media literacy interactively and for all. De vraag luidde: wie gelooft dat de maanlanding nooit heeft plaatsgevonden? Natuurlijk stak niemand zijn vinger op, want Thierry was niet in de zaal aanwezig. Van Tsjechië is bekend dat ongeveer 10 procent in complottheorieën gelooft (en ook 10 procent dat de Russische invasie van Oekraïne terecht was).
Krystyna Paulova, de spreekster, zelf een gamer, is zeer actief op het gebied van het bestrijden van desinformatie bij het voortgezet onderwijs en senioren; haar team heeft verschillende MOOCs voor verschillende onderwerpen gemaakt over dit onderwerp, waarvan er enkele in het Engels vertaald zijn, en tevens een aantal open online textbooks (future books), gemaakt met veed.io.
Ze liet ons twee plaatjes zien en vroeg ons te raden welke van de twee gemaakt was met AI.
En alsof dat nog niet genoeg was, hebben ze ook nog een online escaperoom (deze is vertaald in het Engels) gemaakt, over een AI die de wereld wil overnemen. Bij het maken van het spel is ook gebruik gemaakt van AI, onder ander om een deepfake video te maken. Ze willen graag samenwerken en vroegen ons ze te volgen op Instagram.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten